Het is half januari. De dagen zijn donker en mistig. Zoals elk jaar kan dat wel een keer op mijn gemoed werken. Tijd dus om uit te kijken naar de lente en de zomer!
De moestuin is helemaal opgeruimd. Winterklaar gemaakt, zoals dat heet. En ik ga daarmee in tegen een trend waarbij alles blijft staan tot het voorjaar, net voor de eerste planten weer de grond in gaan en er al wat gezaaid kan worden. Het zou de bodem beschermen en de vele kleine en minder kleine dieren van voedsel en onderkomen voorzien tijdens de barre wintermaanden. Dat kan best, maar een opgeruimde tuin geeft mij ook een opgeruimd tuingevoel in mijn hoofd. Ik heb dat echt nodig om het seizoen af te sluiten en weer vooruit te kunnen kijken. De komende weken dek ik de moestuinbakken nog af met een dikke laag compost, zoals elk jaar. Maar dan stopt het.
Ik ben blij dat het seizoen gedaan is. Het viel niet echt mee, om verschillende redenen. Over de oogst mag ik eigenlijk niet klagen, al was het allemaal wat minder dan de afgelopen jaren. Dat had veel, zo niet alles te maken met het weer. Ik ben het seizoen begonnen met de hoop op een warm voorjaar, zoals in 2019 en 2020, en heel mijn planning daarop afgesteld. Maar april was koud, mei ook en daarenboven heel nat. De eerste twee weken van juni waren dan weer vrij warm.
Die opeenvolging van koud, nat en warm weer in het voorjaar is voor een aantal groenten fataal gebleken. Mijn kolen staken al vroeg in april in de grond, met dus de hoop op een warm voorjaar en vroege kolenoogst. Niet dus, en de warmeteprik van begin juni deed mijn bloemkool, broccoli, romanesco (torentjeskool) en cavolo nero (palmkool) schieten en bloem vormen. Doorgeschoten kolen, maken mooie bloemen weet ik nu. Voor de voorjaarsoogst waren enkel de bladgroenten zoals spinazie op post zoals de voorgaande jaren. Ik had wat erwten, maar te weinig voor de vele planten die ik had gezet. De tuinbonen bleven schriele en kleine plantjes. De bieten en rapen wilden maar niet groeien. Aardbeien waren er wel volop in juni. En zoals voorgaande jaren lieten ook de asperges mij niet in de steek.
En dan de zomer. Tja… Omdat mijn tuin laag ligt (of het grondwaterpeil er hoog staat), stonden veel groenten met hun wortels in het nat, ook in de serre. En dat leidt tot zurstofgebrek, schimmels en vruchtrot. Ik had deze zomer dan ook veel minder tomaten dan andere jaren, al bleef ik wel gespaard van de gevreesde tomantenziekte die zo overal lelijk huishield onder de tomaten die buiten stonden. Paprika en peper kweek ik in potten in se serre, dus die hadde geen natte wortels. Maar door het koude weer, duurde het ook dat laat in de zomer vooraleer ik kon oogsten. Ook in potten in de serre kweek ik aubergines. Maar daar hingen dit jaar enkel een paar beschimelde en rottende vruchten aan. Een ramp! Ook de zomergroenten buiten de serre hadden erg te leiden onder het weer. De staak- en struikbonen vielen ten prooi aan slakken (heb er nog nooit zoveel gezien als dit jaar). De pompoenen bleven klein en wilden niet echt rijpen. Lichtpunt deze zomer waren de aardappelen, die ik voor het eerst teelde. Niet in de grond, maar in zakken en dat heeft heel wat lekkere patatjes opgeleverd.
Maar niet alleen de aardappelen in zakken maakten het tuinjaar toch nog interessant. Ergens in mei dook er plots een ree op in onze tuin. En die was helemaal niet mensenschuw, in tegendeel. In een natuurgebied hier verderop (het Haachts Broek) loopt een kudde rond die daar zijn uitgezet. We vermoeden dat het dier in onze tuin het Haachts Broek wat beu was of wat zin had in avontuur. We weten ondertussen ook dat reeën heel graag moestuingroenten eten. Enkel van de look, prei en ui werd niet gegeten. De rest viel best in de smaak. Ergens begin september verdween het dier weer even snel als het gekomen was. Sindsdien hebben we het niet meer gezien.
Met het weer en met dieren die ook jouw groenten lusten (van slakken tot reeën), moet je als moestuinier kunnen leven. Het heeft geen zin om je daar druk in te maken. Maar er was dit jaar niet alleen het weer. Bijna heel het seizoen voelde de moestuin aan als een sleur, iets dat ik moest doen en soms zelfs tegen mijn zin deed. Wellicht is dat ook de reden dat hier op mijn blog sinds begin dit jaar geen berichten meer verschenen zijn. Ik had er gewoon de inspiratie en de energie niet voor. Ik ga daarom mijn volgend moestuinjaar wat anders aanpakken, om het ietwat eentonige ritme dat ik sinds 2014 aanhoud van zaaien, planten, oogsten wat te doorbreken.
Ik ga veel minder groenten doen en het merendeel van mijn moestuinbakken gebruiken voor andere projecten. Ik schreef eerder al over mijn interesse voor kruidentuinen. Het moment lijkt mij gekomen om er zelf eentje te maken. De lijst met geneeskrachtige kruiden die ik wil planten, een veertigtal, is klaar. De selectie bevat zowel kruiden die je terugvindt in oude historische tuinen van abdijen bijvoorbeeld, als de gewone kruiden om mee te koken. En naast de kruidentuin, wil ik een deel van mijn moestuinbakken opofferen voor de aanleg van een pluktuin. Bloemen dus, zoals dahlia’s, cosmea’s, zinnia’s,… die mooi staan in een boeket. Het zijn mijn bloemenborders die ik begin dit jaar heb heringericht met vaste planten met mooie bloemen die mij op het idee hebben gebracht. Ik kom in de loop van 2022 zeker nog terug op die kruiden- en pluktuin. Wie weet geven ze weer energie om het jaar daarna terug meer groenten te doen.
Voor 2022 maak ik niet echt een moestuinplan. Ik hoef dus niet na te denken over waar welke groeten moeten komen, rekening houdende met de teeltrotatie, eerste en tweede teelt, voorjaars- en zomergroenten, enzovoort… Het voelt toch een beetje als een verademing. Mijn tuinplan ziet er dan als volgt uit.
Elders op deze blog kun je kennismaken met alle ins and outs van mijn moestuin. Ik heb in mijn lange smalle tuin van 250m² met 15 moestuinbakken (10 van 4,50m² en 4 van 2,25m²). En ik heb ook een serre van 18m². Halfweg de bakken en serre staat een tuinhuis waar ik al mijn tuinspullen in opberg en dat dienst doet als ‘potting shed’ zoals dat zo mooi klinkt in het Engels.
Bakken vooraan
De bakken vóór mijn tuinhuis. Die hebben bijna heel de dag zon (op een zonnige dag :-)). Enkel de bakken helemaal vooraan (of links hier onder op de tekening 1 en 5) hebben vanaf ongeveer 15u schaduw. In de lente krijgen deze bakken ook het minste licht en warmte. Water haal ik uit de ton in de hoek en uit mijn waterput.
Bakken 1 en 5
– Aardbeien
Bakken 2 en 6
– Tijdens de lente begin ik hier met wat spinazie, warmoes en tuinbonen. Verder in het seizoen komen daar groene bonen, sla, andijvie en wat selder en prei bij. Daar hou ik het voorlopig bij.
Bakken 3, 4, 6, 7 en 9
– Kruidentuin met geneeskrachtige planten.
Bakken achteraan en serre
De bakken achter mijn tuinhuis. Die krijgen ook voldoende zon. Enkel 10 en 13 (tekening hieronder) staan in de schaduw na de middag. De serre heeft heel de dag zon. Water haal ik uit mijn waterput en uit de 5 tonnen achter mijn tuinhuis en serre.
Bakken 10, 12, 13, 14 en 15
– Pluktuin met bloemen, vooral eenjarigen.
Bak 11
– Asperges
Serre (16)
– Tomaten
– Paprika
– Peper
– Aubergine
– Komkommer
Bessen en frambozen
Achter de serre staan nog wat rode bessen en (herfst)frambozen, die net weer gesnoeid zijn.
Beetje teleurgesteld in mijn (moes)tuinplan voor 2022? Kijk dan zeker terug naar mijn plannen voor 2020 en 2021. Daar vind je wél een uitgebreide moestuinindeling met eerste en tweede teelten en teeltrotatie. Tips voor het maken van een moestuinplan vind je elders op deze blog.