Tips voor het maken van een moestuinplan

Print Friendly, PDF & Email

Je hebt een tuin achter je huis en je wil een moestuin starten? Of je staat op de wachtlijst van een volkstuin en krijgt het bericht dat er een stuk is vrijgekomen. Hoe begin je dan en hoe zorg je ervoor dat je in de aankomende zomer lekker veel groenten kan oogsten?

Een van de manieren om goed van start te gaan is een moestuinplan maken. Maar ook als je eenmaal gestart bent, helpt een moestuinplan om jouw tuinjaar voor te bereiden. Ik ken weinig moestuiniers die al improviserend en zonder veel voorbereiding een goed moestuinrapport kunnen voorleggen aan het einde van het seizoen.

In een moestuinplan leg je vast op welke plek in je tuin welke groenten je wil gaan planten. Ook fruit, kruiden en bloemen kunnen deel uitmaken van je plan. Zo een plan kan verschillende vormen aannemen. Het kan een tekening zijn, maar ook een lijst in een Word of Excel document.

In deze blogpost vat ik een aantal zaken samen die mij doorheen de jaren hebben geholpen om voor mijn tuin een moestuinplan te maken. Wie meer nog meer wil weten, kan altijd terecht in een van de betere moestuinhandboeken (ik heb ze omgesomd op mijn inspiratiepagina) en natuurlijk ook online. Google gerust naar moestuinplan en je bent voor vele uren vertrokken.

Het startpunt

  • De grootte van je moestuin is bepalend voor je plan. Een grote moestuin vraagt immers een andere aanpak. Je zal willen werken met een uitgebreider aanbod aan groeten en dat moet ingepland worden. Als je net begint is het altijd beter klein te starten, zelfs als je grote tuin hebt. Je moestuin uitbreiden kan altijd. En ervaring helpt daarbij. Menig moestuinier is te groot gestart en met de moed in de schoenen na een jaar gestopt. Ik heb nu een vrij grote moestuin achter mijn huis (250 m²), maar ben ook op een kleine oppervlakte begonnen.
  • Ook het grondplan van je moestuin bepaalt je plan. Heb je moestuinbakken of werk je met verhoogde bedden en daartussen paden om makkelijk aan de groenten te kunnen? Of is je moestuin één groot geheel waar alles wat door elkaar staat? Het is die inrichting die je als vertrekpunt neemt van je plan. Ik heb moestuinbakken met twee verschillende afmetingen (van 1,5 x 1,5m en van 1,5 x 3m). Achteraan heb ik nog een serre of kas van 12m². Daar heb ik een schema van en dat gebruik ik om jaarlijks mijn moestuinplan te maken.
  • De ligging van je moestuin bepaalt dan weer waar en wanneer je het meeste zon hebt. Vooral het aantal uren zonneschijn in de zomer is van belang. Er zijn groenten die liever halfschaduw prefereren (de lentegroeten zoals erwten of spinazie). En er zijn er die minstens 8 uur per dag de volle zon kunnen gebruiken (de echte zomergroenten zoals bonen, tomaten, courgettes of pompoenen). Het is dus zaak om de juiste groenten op de juiste plaats in je tuin te plannen.
  • En dan is er de grondsoort in jouw moestuin. Vooraleer je start is het zeker zinvol om de grond van je tuin te laten analyseren. Heb je kleigrond of zit je eerder met zand? Of iets tussenin (leem)? De grondsoort bepaalt in grote mate welke groenten je kunt verbouwen. Een analyse geeft ook aan welke stoffen (mineralen, organische stof,…) je te veel of net te weinig hebt en hoe je daar wat aan kan veranderen, door bijvoorbeeld bij te mesten, kalk te strooien,… Of kan je tuin een dikke laag mulch van compost gebruiken?
  • Heb je een serre (of kas)? Mooi zo, want dat geeft je heel wat mogelijkheden. Ik heb een glazen serre van 12m² en die is zonder twijfel mijn beste moestuininvestering ooit geweest. In mijn ervaring blijft het toch heel lastig om buiten tomaten te kweken. Er zijn heel wat rassen die het buiten goed doen, maar als je een regenzomer hebt zoals in 2021, worden je planten toch ziek. Naast tomaten kweek ik in de serre ook aubergines, paprika’s, pepers en komkommers. Dat zijn groeten die buiten haast niet kunnen. En serre nodigt ook uit om af en toe iets geks te doen. In 2020 kweekte ik er kikkererwten en pinda’s.
Indeling van mijn tuin.

De grootte, het grondplan, de ligging en de grondsoort bepalen dus in grote mate hoeveel en welke groenten je kunt verbouwen. Een serre of kas breidt je mogelijkheden fors uit.

Teeltrotatie of wisselteelt

  • Groeten kunnen ingedeeld worden in families. Er zijn traditioneel zes grote families: de kolen, de peulen (erwten, bonen, tuinbonen), de knollen (wortel, biet, venkel, ajuin, look), de vruchgroenten (tomaat, paprika, peper, courgette, komkommer, pompoen, aubergine), de bladgroenten (sla, spinazie, andijvie, selder, prei, heel veel groene kruiden). De zesde familie is die van de aardappelen. Naast de zes families zijn er de doorlevende groeten zoals asperges die lang op een vast plaats staan in de tuin. Hetzelfde geldt voor de doorlevende, vaste kruiden (tijm, laurier, rozemarijn, munt,…).
  • Om in een grote tuin je grond gezond te houden en jarenlang met een beperkt risico op ziekten groeten te telen, hou je die families best samen. Je mengt ze dus in je moestuinplan niet door elkaar en je zorgt er ook voor dat die families elk jaar van plaats wisselen in je tuin. Zo hou je bijvoorbeeld bodemschimmels beter onder controle. Het meest bekende voorbeeld is wellicht dat van knolvoet, die kolen aantast en eenmal in je grond heel lastig op te ruimen is. Met doorlevende groeten zoals asperges, maar ook met aardbeien kun je natuurlijk niet jaarlijks roteren. Die mogen (en moeten dus) voor meerdere jaren op dezelfde plaats blijven staan. In mijn tuin met moestuinbaken is roteren makkelijk. Elke familie krijgt jaarlijks één of twee bakken en schuift het volgende jaar een bak verder door.

Geef je groeten dus best per familie een plaats in je moestuinplan en schuif elk jaar door. In een kleine tuin is dat minder vanzelfsprekend. Hou daar vooral rekening met de regels van de combinatieteelt (zie hieronder).

Teeltopvolging

  • Mijn moestuinseizoen loopt van pakweg begin april tot einde oktober. Maar je kan eigenlijk heel het jaar door groeten telen, zeker als je een (verwarmde) serre hebt. Het moestuinseizoen maak je zolang als je zelf wil. En hoe langer, hoe meer plaats, want bakken en bedden kunnen dan meer dan één keer per jaar worden gebruikt. Zo kun je in de bak of het bed van de bladgroenten vroeg in het voorjaar spinazie zaaien, er na de oogst in de zomer andijvie planten,die eenmaal opgegeten in de herfst plaats maakt voor veldsla om de winter door te komen. Ik hou mij in mijn moestuin aan twee teelten en dan vooral voor bladgroenten. Soms plant ik in de serre na het ruimen van de tomaten in oktober nog wat extra sla. Voor de andere families laat ik de moestt-uinbakken na de oogst leeg, of schep ik er al een dikke laag compost over voor het volgende moestuinseizoen.

Meerdere teelten per seizoen op dezelfde plaats, geeft je extra oogst. Probeer bij tweede en volgende teelten steeds rekening te houden met de families en de wisselteelt.

Combinatieteelt

  • Er zijn groenten die graag kort bij elkaar vertoeven en zelfs meer oogst opleveren. En er zijn groeten die in elkaars buurt verpieteren en zelfs geen oogst opbrengen. Daar hou je in je moestuinplan best rekening mee. De teeltrotatie vangt vaak al heel wat burenruzies op, maar in vooral kleinere tuinen zonder wisselteelt, hou je best rekening met de juiste combinaties. Je zou je moestuin daar zelfs helemaal op kunnen inplannen. Companion planting, zoals in het Engels genoemd, is zelfs een trend in moestuinland aan het worden. Kolen doen het goed met bieten, selder, ajuin en aardappelen, maar hebben een hekel aan bonen, tomaten, paprika en ook aardbeien. Omgekeerd geldt eigenlijk hetzelfde. Zo zijn bonen maar ook andere peulvruchten zoals erwten niet de beste maatjes met kolen, maar wel bijvoorbeeld met wortelen.
  • Het heeft onder meer te maken met de wortelstructuur van de planten. Er zijn er die diep wortelen en dus ver in de bodem naar voedsel zoeken en er zijn er die eerder aan de oppervlakte blijven. Een mix van die twee, zorgt voor minder concurrentie en dus gezondere planten. Maar er zijn er ook die ondergronds een ware biologische oorlog uitvechten en stoffen vrijgeven die bij andere planten dan weer schaden. Er zijn ook planten die je om bovengrondse redenen best niet bij elkaar zet. Niet omdat ze elkaar niet kunnen uitstaan, maar wel omdat ze dezelfde vijanden aantrekken (wortelen en pastinaken bijvoorbeeld). Ik hou in mijn moestuin maar heel beperkt rekening met companion planting. Mijn wisselteelt en gewasbescherming (zie hieronder) volstaan voor mij om veel en goed te oogsten.

Zorg voor meer oogst door de juiste planten bij elkaar te zetten.

Gewasbescherming

  • Je bent in je moestuin vaak niet de enige die jouw groeten lekker vindt. Om goed te oogsten is het best een aantal groenten te beschermen. Niet met pesticiden! Dat spreekt voor zich. Maar er zijn veel andere manieren. De enige uitzondering die ik maak zijn de biologische slakkenkorrels. Slakken hebben het vooral gemunt op mijn bladgroenten. En ik heb al heel wat manieren geprobeerd om ze te verjagen of zelfs te vernietigen (zand, fijngemalen eierschalen, biervallen,…), maar enkel de korrels helpen, zeker in een natte zomer als die van 2021.
  • Over een aantal groenten span ik netten en insectengaas. Het is dan handig dat die groenten in dezelfde bak staan, of toch zoveel als kan. Over de bak met kolen gaat van zodra ze geplant zijn gaas tegen de kolenvlieg. Ook over de bak met ui, look en prei komt gaas. Over de bak met aardbeien gaat een iets groter net (geen insectengaas dus), want daar zijn het geen vliegen, maar vogels en eekhoorns en een toevallig passerende ree die met de rode zoete vruchten gaan lopen.

Netten en gaas beschermen je oogst. Groenten die moeten beschermd worden plaats je best bij elkaar, op voorwaarde dat je de familie-indeling respecteert. Hou daarmee dus rekening in je plan.

Planning

  • Een goed moestuinplan begint vooral met de vraag welke groeten je wil gaan telen. Kies niet voor een heel uitgebreid assortiment maar vooral voor die groenten die jij en je huisgenoten lekker vinden. Er zijn jaren geweest dat in mijn serre tot twintig verschillende soorten tomaten stonden, waarvan er uiteindelijk maar een paar echt keuken- en kookwaardig waren. Ik heb er nu nog een vijftal.
  • Leg ook vast en of je die groenten allemaal wil (voor)zaaien of je toch vooral plantjes wil kopen die je dan in je tuin kan uitplanten. In het eerste scenario zal je vroeger op het jaar moeten starten (maart, of zelfs eerder wanneer je paprika, peper en aubergines zaait) en zal je natuurlijk een voorraad zaden moeten inslaan. Dat laatste is een aangename winterklus, ook omdat later op het seizoen zeker bij online shops niet alles meer voorradig is. Bestel je zaden dus zeker op tijd. Eenmaal je alles bij elkaar hebt kun je jouw zaden rangschikken, bijvoorbeeld chronologisch (wanneer moet ik wat gaan zaaien?), of per familie. Ik sorteer ze vooral per familie.
  • Een zaaiplanning maak ik niet meer. Door de jaren heen weet ik ongeveer wanneer ik wat moet beginnen zaaien. Bij twijfel zijn de aanwijzingen op de verpakking altijd verhelderend. Of ik neem er een van mijn moestuinhandboeken bij. Heb je zelf die ervaring (nog) niet of voel je je veiliger met een planning uit te werken op bijvoorbeeld een kalender: go for it!
  • Spreid je planning ook goed doorheen het seizoen. Het heeft bijvoorbeeld geen zin een moestuinbak vol met sla te zetten, want die krijg je toch niet allemaal in één oogst opgegeten (tenzij je veel uitdeelt). Zorg er met de teeltopvolging voor dat je twee of meerdere keren per jaar sla zaait of slaplantjes koopt om doorheen heel het seizoen van het frisse groen te kunnen genieten.
  • En dan maak je, met in het achterhoofd ook alle bovenstaande punten, het plan zelf op. Ik doe dat op een (grond)plan van mijn moestuinbakken (zie de afbeelding hierboven). Bij elke bak geef ik aan welke groenten er voor de eerste en tweede teelt moeten komen. Zo ga ik dan het moestuinseizoen in. Besef daarbij vooral dat een plan altijd kan wijzigen, bijvoorbeeld omdat je tijdsbesteding wijzigt en je doorheen het jaar onverwacht meer of net minder in je tuin kan doorbrengen. Zo is mijn plan in het voorjaar van 2020 gevoelig uitgebreid wegens het voltijdse thuiswerk. In de zomer van 2021 heb ik moeten bijschaven toen het maar bleef regenen en een aantal groenten letterlijk leken te verzuipen.

Kies voor een beperkt, maar vooral lekker aanbod. Maak een zaaiplanning op en zet alles uit in een plan. Hou niet koste wat het kost vast aan je plan wanneer wijzigingen zich opdringen. En vooral: enjoy!

Mijn moestuinplannen

Benieuwd naar mijn moestuinplannen? Die vind je via volgende linkjes:
Moestuinplan 2020.
Moestuinplan 2021.
(Moes)tuinplan 2022.

Deel op social media

Laat een reactie achter

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres dat je opgeeft, verschijnt niet bij je reactie. In het veld onderaan mag je altijd verwijzen naar jouw website of blog.